HUISHOUDELIJK REGLEMENT (HH) STICHTING JAPANSE KRIJGSKUNSTEN EN JAPANSE EN KOREAANSE KRIJGSKUNSTEN (SJK/SJKK)

Preambule.

Artikel 1.

Dit reglement geldt onverminderd hetgeen in de statuten van de SJK/SJKK, waarvan de laatste wijzigingen zijn opgenomen in een notariële acte op 15 januari 1998, is bepaald.

Artikel 2.

In geval van strijd tussen de statuten en dit reglement, hebben de statuten bindende kracht.

Hoofdstuk 1. Stichtingsraad, colleges en commissies.

Artikel 3.

1. Binnen de SJK/SJKK kunnen de volgende colleges en commissies optreden:

a. de commissie toelating;
b. de commissie voor de opleiding tot leraar Japanse en/of Koreaanse Krijgskunsten.
c. de commissie vrijstelling en inschaling.
d. de examencommissie
e. het Nationaal hogere dan-college
f. de commissie veiligheid
g. de medische commissie
h. de tuchtcommissie

2. De colleges en commissies kunnen bestaan uit minimaal 1 en ten hoogste 3 leden. De Stichtingsraad bestaat uit de door het bestuur benoemde leden, die voorgedragen zijn door de lid-organisaties/scholen. De Stichtingsraad maakt dan ook deel uit van het bestuur en heeft één stem in het bestuur.

3. Het bestuur benoemt de leden der colleges, stichtingsraad en commissies.

4. Het bestuur kan, in overleg met de desbetreffende colleges en commissies, een of meer secretarissen toevoegen, die geen lid van het college of de commissie zijn.

5. De colleges en commissies verkiezen uit hun midden een voorzitter, indien gewenst.

6. De benoemingsduur van de leden van de colleges en commissies eindigt telkens aan het einde van het kalenderjaar en wordt telkens stilzwijgend verlengd voor de duur van een jaar.

7. De colleges en commissies hebben tot taak het bestuur en te adviseren en in zaken waarin het bestuur de colleges en commissies beslissingsbevoegdheid heeft verleend te beslissen. Zij dienen bij te dragen tot een correcte en voortvarende behandeling, met inachtneming van de geboden vertrouwelijkheid, van de aan haar voorgelegde zaken en daartoe het nodige onderzoek te verrichten. Alvorens een advies uit te brengen, dan wel te beslissen brengen zij de directbetrokkenen op de hoogte van de inhoud van het voorgenomen advies of besluit en stellen zij de directbetrokkenen in de gelegenheid daarop te reageren. Zij betrekken dit standpunt in hun overwegingen.

8. De adviezen en beslissingen van de colleges en commissies dienen met voldoende redenen te worden omkleed en worden zo spoedig mogelijk ter kennis gebracht aan het bestuur en tezelfdertijd aan de directbetrokkenen.

9. Directbetrokkenen hebben het recht binnen zes weken na ontvangst van een beslissing van de commissies en/of colleges, waardoor zij rechtstreeks in hun belangen worden, geschaad beroep in te stellen bij het bestuur. Van vorenstaand recht wordt melding gemaakt in de mededeling van de beslissing der colleges en commissies aan directbetrokkenen.

10. Het bestuur beslist zo spoedig mogelijk op het beroep, met inachtneming van de
beginselen van hoor en wederhoor, met inachtneming van de geboden vertrouwelijkheid.

11. Indien het bestuur kennis krijgt van een aangelegenheid die tot het terrein van een der colleges en commissies behoort, meldt het bestuur dit aan de desbetreffende colleges en commissies onder overlegging van afschriften van in zijn bezit zijnde schriftelijke bescheiden met het verzoek zich van haar taak te kwijten op de voet van de statuten, en de reglementen van de SJK/SJKK.

12. Indien een college of commissie zelfstandig kennis krijgt van een aangelegenheid die tot haar terrein behoort en waarin het college of de commissie onderzoek wenst te verrichten, meldt het zulks schriftelijk aan bestuur.

13. De colleges en commissies vergaderen zoveel als nodig is.

14. Aan het eind van het jaar brengen de colleges en commissies een jaarverslag van haar activiteiten uit aan het bestuur, indien er een bijeenkomst is geweest.

15. In het verslag wordt gemeld of de leden der colleges en commissies bereid zijn een
eventuele herbenoeming te aanvaarden, indien dit ter sprake wordt gebracht.

16. De jaarverslagen der colleges en commissies worden gevoegd bij het jaarverslag van de secretaris.

Hoofdstuk 2. Aansluiting bij de SJK/SJKK

Artikel 4.

Aansluiting bij de SJK/SJKK staat open voor rechtspersonen, leraren en leraressen en andere natuurlijke personen, die voldoen aan de navolgende eisen:

a. de organisatie dient zich ten doel te stellen het bevorderen van een goede fysieke en
geestelijke gesteldheid van alle bij haar aangesloten beoefenaars van een of meer Aziatische Martial Arts;

b. de organisatie dient bij competities, demonstraties, trainingen, examens en in het algemeen alle binnen haar verband plaats vindende activiteiten, elk handelen of nalaten, waardoor een beoefenaar zichzelf, een medebeoefenaar of enig ander levend wezen welbewust daadwerkelijk blootstelt aan het direct gevaar van doding, verminking en/of ernstige kwetsuren te weren door reglementering en handhaving van de gestelde regels;

c. de organisatie dient op de voet van het WADA-Dopingreglement alle gebruik door haar
leden/geregistreerde beoefenaars van middelen en/of methoden gericht op het kunstmatig en/of ongezond opvoeren van prestaties te bestrijden door reglementering, controle -waar dit passend en geboden is – op het gebruik door hen van doping in relatie tot de sport, verdovende middelen en andere voor de gezondheid schadelijke stoffen en sanctionerend optreden bij geconstateerde overtreding;

d. de organisatie dient bereid te zijn naar vermogen bij te dragen tot de veelzijdige culturele uitingen die binnen de SJK/SJKK bestaan, welke gericht zijn op de beoefening van Aziatische Martial Arts en in de ruimste zin des woord op een positieve en verantwoorde vrijetijdsbesteding en daartoe op basis van wederzijds respect samen te werken met alle andere bij de SJK/SJKK aangesloten en met haar samenwerkende organisaties, teneinde daardoor het belang van de lichamelijke opvoeding en vorming in culturele zin van de beoefenaars van alle betrokken Aziatische Martial Arts te dienen;

e. de organisatie dient de vorming van morele waarden, in het bijzonder respect voor de integriteit van lichaam en geest, respect voor elk levend wezen, een humane gezindheid en gemeenschapszin door de beoefenaars van de desbetreffende Aziatische Martial Art en het toepassen van deze waarden zowel bij de beoefening van deze Martial Art als in de
dagelijkse praktijk te bevorderen;

f. de organisatie dient te beschikken over een boekhouding waaruit te allen tijde de rechten en verplichtingen van de organisatie kunnen worden gekend;

g. de aangesloten organisatie dient in staat en bereid te zijn jaarlijks aan het bestuur van de SJK/SJKK een balans, algemene verlies- en winstrekening en toelichting op te stellen, die een getrouw, duidelijk en stelselmatig beeld geven van de grootte van het vermogen en zijn samenstelling in actief- en passiefposten per 31 december en van de grootte van het resultaat van het boekjaar en zijn afleiding uit de posten van baten en lasten;

h. de organisatie dient jaarlijks aan het bestuur een lijst te overleggen met de voorna(a)m(en), achterna(a)m(en), het geslacht, de geboorteplaats en geboortedatum, het adres met postcode en de door de leden/geregistreerde beoefenaars beoefende Martial Art. Indien de ledenlijst niet wordt aangeleverd, worden deze leden niet aangemeld bij de verzekering.

i. voor zover het betreft een rechtspersoon dient de notariële acte houdende de statuten van de organisatie te zijn neergelegd bij de bevoegde Kamer van Koophandel (KvK) en een afschrift van de inschrijving bij de KvK en de statuten aan het bestuur van de SJK/SJKK te overhandigen;

j. voor zover het betreft een eenmanszaak dient deze te zijn ingeschreven in het handelsregister bij de bevoegde KvK;

Artikel 5.

De rechten en plichten van de aangesloten organisaties wordt medebepaald door een door het bestuur met de organisatie gesloten overeenkomst. Bij niet nakoming van de rechten en plichten kan het bestuur van de SJK/SJKK de betreffende organisatie/school het lidmaatschap ontnemen.

Artikel 6.

Een organisatie dient, indien zij aansluiting bij de SJK/SJKK verzoekt, aan het bestuur bij het aansluitingsverzoek een door een bevoegd persoon ondertekend uittreksel uit het besluit van deze organisatie, waarin is besloten een verzoek tot aansluiting tot de SJK/SJKK te richten, een afschrift van de statuten, het huishoudelijk reglement en de overige binnen de organisatie van kracht zijnde regels, alsmede een gewaarmerkt op de organisatie betrekking hebbend uittreksel uit het register, gehouden door de desbetreffende KvK, de balans per einde van het laatste verstreken boekjaar en de algemene verlies- en winstrekening over het laatste verstreken boekjaar, met toelichting en een recente lijst van leden/geregistreerde beoefenaars van de desbetreffende Aziatische Martial Art, als bedoeld in artikel 4 van dit reglement over te leggen. Indien de eerdergenoemde lijsten niet worden aangeleverd, kan het bestuur achteraf besluiten de aansluiting ongedaan te maken.

Artikel 7.

Het bestuur bevestigt zo spoedig mogelijk de ontvangst van het verzoek onder mededeling dat het verzoek aan de colleges en commissies van toelating is ter hand gesteld ter verkrijging van een advies betreffende de mogelijkheid van toelating.

Artikel 8.

Een organisatie die bij de SJK/SJKK aangesloten is geweest en die, nadat haar aansluiting bij de SJKSJKK is beëindigd, opnieuw aansluiting bij de SJK/SJKK aanvraagt, kan deze alleen verkrijgen nadat zij aan haar ten tijde van de beëindiging van haar aansluiting jegens de SJK/SJKK bestaande verplichting(en) alsnog heeft voldaan.

Hoofdstuk 3. Verplichtingen der aangesloten organisaties.

Artikel 9.

De aangesloten organisaties zijn verplicht in haar statuten of reglement(en) één of meer
bepalingen op te nemen, krachtens welke het lidmaatschap openstaat voor organisaties hier te lande binnen welke de desbetreffende Martial Art wordt beoefend en krachtens welke deze organisaties verplicht zijn in haar statuten of reglement(en) één of meer bepalingen op te nemen inhoudende dat alle leden/geregistreerde beoefenaars van de desbetreffende Martial Art binnen deze organisatie gehouden zijn het lidmaatschap/registratie als beoefenaar door deze organisatie aan te vragen.

Artikel 10.

1. De aangesloten organisaties zijn verplicht een lid/geregistreerde beoefenaar jegens wie schorsing, opzegging of ontzetting van het lidmaatschap en/of beëindiging der registratie of enige andere maatregel waardoor betrokkene rechtstreeks in zijn belangen
wordt getroffen wordt overwogen tevoren schriftelijk in kennis te stellen van de gronden die daartoe aanleiding zouden geven en de betrokkene in de gelegenheid te stellen zich daaromtrent binnen een te stellen redelijke termijn uit te laten en dit standpunt in de overwegingen te betrekken alvorens te beslissen of tot de voorgenomen maatregel wordt overgegaan.

2. Betrokkenen dienen door of namens de aangesloten organisatie onverwijld schriftelijk
van de genomen maatregel(en) op de hoogte te worden gesteld, onder mededeling bij welke instantie binnen de organisatie en binnen welke termijn beroep kan worden ingesteld.

3. Indien binnen de aangesloten organisatie niet is voorzien in een andere beroepsgang komt aan betrokkene het recht toe binnen 3 weken nadat hem/haar de maatregel is
medegedeeld of anderszins bekend is geworden beroep in te stellen bij de stichtingsraad. Het bezwaarschrift zal worden behandeld in de eerstvolgende stichtingsraadsvergadering,
alwaar ten hoogste twee vertegenwoordigers van de desbetreffende organisatie bij de behandeling van dit agendapunt in de gelegenheid zich daarover te uiten. De stichtingsraad zal binnen 3 weken na ontvangst van het beroep een gemotiveerd advies hebben te beslissen. Van vorenstaand recht wordt melding gemaakt in de schorsingsbeslissing. De stichtingsraad brengt een gemotiveerd advies aangaande de aangelegenheid uit aan het bestuur, waarna het bestuur besluit het schorsingsbesluit te sanctioneren, al dan niet met verbetering van gronden dan wel dit geheel of gedeeltelijk te vernietigen.

Artikel 11.

1. Bij de aangesloten organisaties en aangesloten eenmanszaken dient in Martial Arts uitsluitend onderwijs te worden gegeven door of onder supervisie van personen die de bevoegdheid bezitten tot het geven van onderwijs in Japanse en/of Koreaanse Krijgskunsten en andere Aziatische krijgskunsten, op grond van een diploma dat is erkend door het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) te ‘s-Gravenhage, of op grond van een ander Martial Arts leraarsdiploma dat door de SJK/SJKK is erkend, onverminderd de bevoegdheid van de aangesloten organisaties tot het stellen van aanvullende eisen.

2. De aangesloten organisaties en aangesloten eenmanszaken zijn gehouden te bevorderen dat leraren Martial Arts die onder supervisie binnen haar verband werkzaam zijn, zolang deze niet beschikken over een diploma, zoals bedoeld in het eerste lid, deelnemen aan een of meer der door of namens de SJK/SJKK georganiseerde of erkende cursussen ter voorbereiding op het te behalen SJK/SJKK-diploma leraar Martial Arts en/of de daarvoor af te nemen examens.

Artikel 12.

De bij de SJK/SJKK aangesloten organisaties, die wedstrijden, stages, cursussen, demonstraties, openbare examens e.d. organiseren, zijn verplicht om de data en de locatie hiervan tenminste 14 dagen van tevoren schriftelijk mededeling te doen aan het bestuur. Bij verzuim hiervan kan het bestuur van de SJK/SJKK een schorsingsbesluit nemen.

Artikel 13.

Elke als donateur aan te sluiten organisatie of eenmanszaak is tevens vanaf het moment van aansluiting bij de SJK/SJKK éénmalig aan de SJK/SJKK-aansluitingsgeld verschuldigd ten bedrage van € 250,-

Artikel 14.

Elke bij de SJK/SJKK aangesloten organisatie is vanaf het moment van aansluiting bij de SJK/SJKK per natuurlijke persoon, die is ingeschreven in het register van de aangesloten organisatie, aan de SJK/SJKK-donatie verschuldigd ten bedrage van € 250,00,- (minder dan 500 leden) en € 500,00,- (meer dan 500 leden) per jaar zetel-geld, evenals een donatie van € 4,50 per geregistreerde beoefenaar.

Artikel 15.

1. Elke bij de SJK/SJKK aangesloten organisatie is verplicht een leden-, c.q. geregistreerde register aan te houden, waarin de gegevens bedoeld in artikel 4. punt h. zijn opgenomen en deze telkens per 1 januari ondertekend door tenminste een harer (hoofd)bestuursleden over te leggen aan het bestuur van de SJK/SJKK. Bij verzuim hiervan kan het bestuur een schorsingsbesluit nemen.

2. Het bestuur houdt een register bij, waarin de namen en adressen van alle leden/cursisten/beoefenaars der aangesloten organisaties en aangesloten eenmanszaken zijn opgenomen en dat niet voor derden ter inzage is. Zie vanaf mei 2018 AVG-verklaring.

3. Het bestuur dient jaarlijks te worden geïnformeerd van de werkelijke leden-stand c.q. het aantal geregistreerde cursisten/beoefenaars op de genoemde datum.

4.Het bestuur berekent per aangesloten organisatie aan de hand van de door de organisatie verstrekte leden-/cursisten/geregistreerde-aantallen de hoogte der verschuldigde donatie.

5. De donatie wordt in een jaarlijkse termijn door de SJK/SJKK aan elke aangesloten organisatie in rekening gebracht, ingaande telkens op 1 januari.

6. De betaling van de hiervoor bedoelde donatie dient te geschieden op een door het bestuur aan te geven wijze.

Artikel 16.

1. De aangesloten organisaties zijn verplicht het lidmaatschap op te zeggen en/of de registratie als beoefenaar te beëindigen van leden en/of beoefenaars van een of meer oosterse gevechtskunsten, die bij onherroepelijke rechterlijke uitspraak zijn veroordeeld tot een vrijheidsstraf en/of een vrijheidsbenemende maatregel ter zake van een misdrijf dat in relatie staat tot de beoefening van één of meer oosterse gevechtskunsten en/of waardoor de reputatie van de aangesloten organisaties, van de SJK/SJKK, of van een of meer oosterse vechtkunsten in het algemeen, wordt geschaad.

2. De aangesloten organisaties hebben het recht personen, die een vrijheidsstraf en/of een vrijheidsbenemende maatregel hebben ondergaan ter zake van een misdrijf dat in relatie staat tot de beoefening van een of meer oosterse gevechtskunsten en/of waardoor de reputatie van de aangesloten organisatie, van de SJK/SJKK, of van een of meer oosterse gevechtskunst in het algemeen, wordt geschaad, als lid toe te laten en/of beoefenaar van een of meer oosterse gevechtskunsten in te schrijven, indien een periode van ten minste vier jaren is verstreken sedert de beëindiging van de tenuitvoerlegging van de opgelegde vrijheidsstraf en/of vrijheidsbenemende maatregel.

3. De aangesloten organisaties zijn gehouden zich te onthouden het verlenen van steun aan, daaronder begrepen het bevorderen van de bekendheid, alsmede het aanvaarden van financiële of andere steun van de zijde van:

a. organisaties die zich bezighouden met het verhandelen, importeren, exporteren, of
voorhanden hebben van harddrugs of softdrugs en/of

b. organisaties die zich bezighouden met het organiseren, doen beoefenen of bevorderen van prostitutie, en/of

c. criminele organisaties en/of andere organisaties welker doelstelling in strijd zijn met de wet en/of de belangen van de SJK/SJKK.

4. De aangesloten organisaties zijn gehouden het lidmaatschap en/of de registratie te beëindigen van bestuursleden, leraren en/of beoefenaren en/of geregistreerde die bij rechterlijke uitspraak schuldig zijn verklaard aan het deel uitmaken van een of meer van de onder artikel 16. punt 3. c. bedoelde organisaties en/of het daaraan verlenen en/of daarvan verkrijgen van financiële en/of andere steun.

5. De aangesloten organisaties zijn gehouden het lidmaatschap en/of de registratie te beëindigen van bestuursleden, leraren, beoefenaren en/of geregistreerden die deel uitmaken van de onder artikel 16. punt 3. c. bedoelde organisaties en/of daaraan steun verlenen, de bekendheid daarvan bevorderen en/of financiële of andere steun aanvaarden.

Artikel 17.

De contributie/donatie-plicht van een bij de SJK/SJKK aangesloten organisatie eindigt:

a. aan het einde van het boekjaar, indien een aangesloten organisatie met inachtneming van na te noemen opzegtermijn (3 maanden voor het verstrijken van het kalenderjaar per aangetekend schrijven) in de loop van het boekjaar opzegt;

b. De aangesloten organisatie/rechtspersoon of privéonderneming of anderszins aangeslotenen hebben een opzegtermijn 3 maanden voor het verstrijken van het kalenderjaar;

c. De opzegging dient per aangetekend schrijven te geschieden;

d. met ingang van de datum waarop de beëindiging effectief is, indien de SJK/SJKK de
aansluiting van de organisatie opzegt of deze daarvan ontzet.

Artikel 18.

De hoogte van de donatie die aangesloten organisaties en eenmanszaken dienen af te dragen bedraagt per lid/cursist/geregistreerde beoefenaar(ster) € 4,50 per jaar.

Hoofdstuk 4. Vergoedingen.

Artikel 19.

1. De leden van het SJK/SJKK-organen, van de SJK/SJKK-colleges en commissies en de docenten aan de SJK/SJKK leraarsopleidingen hebben het recht op een vergoeding op declaratiebasis onder overlegging van bewijsstukken ter zake van met toestemming van het bestuur werkelijk gemaakte onkosten tot de maximumbedragen vastgelegd in de van overheidswege vastgestelde Reisregeling, met dien verstande dat reiskosten uitsluitend worden vergoed op basis van kosten van openbaar vervoer tweede klasse trein en bus.

2. De docenten aan de SJK/SJKK-leraarsopleidingen en de secretarissen van de SJK/SJKK-colleges en commissies hebben recht op een door het bestuur, gehoord de stichtingsraad, nader vast te stellen honorarium voor gegeven in opdracht van het bestuur gegeven onderwijs en afgenomen examens.

Hoofdstuk 5. Handhaving van de gestelde regels.

Artikel 20.

Indien van een aangesloten organisatie niet of niet tijdig de leden-, c.q. geregistreerde opgave door het bestuur zijn ontvangen, of indien de bedoelde lijsten  kennelijk onjuist zijn ingevuld, is het bestuur, na eerste aanmaning, bevoegd de aantallen leden, c.q. geregistreerde natuurlijke personen van de aangesloten organisatie, rekening houdende met eventueel eerder gedane opgaven en/of verstrekte of verkregen inlichtingen, in redelijkheid te schatten en op basis daarvan het verschuldigde contributiebedrag te berekenen en in rekening te brengen. Van deze voorgenomen beslissing wordt de aangesloten organisatie tijdig op de hoogte gesteld terwijl zij gelegenheid krijgt daarop te reageren. Een eventuele reactie wordt betrokken in de besluitvorming. De aangesloten organisatie heeft het recht binnen zes weken na ontvangst beroep in te stellen bij de stichtingsraad, die nadat partijen in de gelegenheid zijn gesteld haar standpunt ter zake naar voren te brengen en op elkaars standpunten te reageren aan het bestuur een gemotiveerd advies uitbrengt, waarna het bestuur gemotiveerd beslist.

Artikel 21.
Aan aangesloten organisaties die haar financiële verplichtingen jegens de SJK niet nakomen, kan binnen 2 weken na het ontstaan van die verplichtingen een schriftelijk verzoek tot betaling worden toegezonden, vermeerderd met 10 % boete.

Artikel 22.

1. Aangesloten organisaties die na drie maanden, na het ontstaan van de financiële verplichtingen jegens de SJK/SJKK, aan deze verplichtingen nog niet hebben voldaan, kunnen door het bestuur worden geschorst dan wel het recht worden ontnomen op belangenbehartiging door de SJK/SJKK.

2. Alvorens over te gaan tot schorsing, dan wel tot ontneming van het recht op belangenbehartiging brengt het bestuur de directbetrokkenen op de hoogte van de inhoud van het voorgenomen schorsingsbesluit en stellen zij de organisatie in de gelegenheid daarop te reageren. Het bestuur betrekt het standpunt van de betrokken organisatie in zijn overwegingen.

3. De schorsingsbeslissing dient met voldoende redenen te worden omkleed en wordt zo spoedig mogelijk ter kennis gebracht aan de betrokken organisatie.

4. De betrokken organisatie heeft het recht binnen zes weken na ontvangst van de schorsingsbeslissing beroep in te stellen bij de stichtingsraad.

5. Van vorenstaand recht wordt melding gemaakt in het schorsingsbesluit.

6. Het schorsingsbesluit wordt onherroepelijk: door verstrijken van een termijn van zes weken, gerekend vanaf de ontvangst van de beslissing van de stichtingsraad, dan wel, indien geen beroep is ingesteld van het schorsingsbesluit door de betrokken organisatie.

7. De schorsing vervalt op het moment dat de betaling van de uitstaande schulden aan de SJK/SJKK, het bestuur bereikt.

8. Indien binnen zes weken nadat het schorsingsbesluit onherroepelijk is geworden door de betrokken organisatie niet alsnog aan de verplichting is voldaan, kan het bestuur besluiten tot beëindiging van de aansluiting van de betrokken organisatie bij de SJK/SJKK. Hetgeen is bepaald in de leden 2 tot en met 6 van dit artikel is van overeenkomstige toepassing.

9. Door een beëindiging van de aansluiting als bedoeld in dit artikel vervalt niet de
verplichting de verschuldigde gelden alsnog aan de SJK/SJKK te voldoen.

Hoofdstuk 6. Schorsing en beëindiging van aansluiting.

Artikel 23.

1. Aangesloten organisaties kunnen door het bestuur worden geschorst, indien het belang van de SJK/SJKK bij schorsing zwaarder weegt dan het belang van aansluiting met behoud van alle rechten, of in strijd handelt met de vorige bepalingen.

2. Door een schorsing vervalt het recht tijdens de schorsingsperiode deel te nemen aan de door het bestuur uitgeschreven vergaderingen met één of meer vertegenwoordigers van de aangesloten organisaties.

3. Alvorens over te gaan tot schorsing brengt het bestuur de desbetreffende aangesloten organisatie op de hoogte van de inhoud van het voorgenomen schorsingsbesluit en stelt het deze organisatie in de gelegenheid daarop te reageren.

4. Het bestuur betrekt het standpunt van de betrokken organisatie in zijn overwegingen.

5. De schorsingsbeslissing dient met voldoende redenen te worden omkleed en wordt zo spoedig mogelijk ter kennis gebracht aan de betrokken organisatie.

6. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad.

7. De betrokken organisatie heeft het recht binnen drie weken na ontvangst van de schorsingsbeslissing bezwaar aan te tekenen. Het bezwaarschrift zal worden behandeld in de eerstvolgende stichtingsraadsvergadering, alwaar ten hoogste twee vertegenwoordigers van de desbetreffende organisatie bij de behandeling van dit agendapunt in de gelegenheid zich daarover te uiten.

8. Van vorenstaand recht wordt melding gemaakt in de schorsingsbeslissing.

9. De stichtingsraad brengt een gemotiveerd advies aangaande de aangelegenheid uit aan het bestuur, waarna het bestuur besluit het schorsingsbesluit te sanctioneren, al dan niet met verbetering van gronden dan wel dit geheel of gedeeltelijk te vernietigen.

10. Door een schorsing vervallen niet de financiële verplichtingen, die over de schorsingsperiode aan de SJK/SJKK onverkort dienen te worden nagekomen.

11. Indien het bestuur overweegt de aansluiting van een organisatie bij de SJK/SJKK te
beëindigen brengt het alvorens daartoe over te gaan de betrokken organisatie op de hoogte van de inhoud van het voorgenomen besluit en stelt het de organisatie in de gelegenheid daarop te reageren.

12. Het bestuur betrekt het standpunt van de betrokken organisatie in zijn overwegingen.

13. Het besluit dient met voldoende redenen te worden omkleed en wordt zo spoedig mogelijk ter kennis gebracht aan de betrokken organisatie.

14. Het bepaalde in de leden 7 tot en met 10 van dit artikel is van overeenkomstige
toepassing.

Hoofdstuk 7. Bestuur en commissarissen

Artikel 24.

De bestuursleden (ook de stichtingsraad) en leden van de raad van commissarissen zijn niet gehouden tot het betalen van contributie aan de SJK/SJKK. De bestuursleden hebben recht op een vergoeding ter zake van door hen/haar ten behoeve van de vereniging werkelijke gemaakte kosten. Ook zijn de bestuursleden en leden van de stichtingsraad (maakt deel uit van het bestuur) verzekerd voor rechtsbijstand en tegen bestuursaansprakelijkheid.

Artikel 25.

Aanvaarding van verkiezing tot bestuurslid, stichtingsraad of tot lid van de raad van commissarissen van de SJK/SJKK brengt de verplichting met zich mee het lidmaatschap aan te vragen van de World Budo Federation (WBF) en na toelating als lid op correcte wijze te voldoen aan alle jegens de WBF bestaande verplichtingen.

Artikel 26.

Aangesloten organisaties/scholen van de SJK/SJKK die ook rechtstreekse erkenning willen verkrijgen van de WBF, daarvan dienen de bestuursleden ook het lidmaatschap aan te vragen van de WBF en na toelating als lid op correcte wijze te voldoen aan alle jegens de WBF bestaande verplichtingen.

Hoofdstuk 8. Slot.

Artikel 27.

Dit HH-reglement geldt onverminderd hetgeen in de statuten is bepaald. In geval van strijd tussen de statuten en dit reglement, hebben de statuten bindende kracht. In gevallen waarin niet wordt voorzien door de statuten en/of dit reglement beslist het bestuur, onverminderd zijn verantwoordelijkheid overeenkomstig de wet, de statuten en het huishoudelijk reglement. Dit huishoudelijk reglement wordt op aanvraag overhandigd/opgestuurd.

Aanvulling AVG per mei 2018 

AVG-verklaring

Hierbij verklaart Stichting AVG voor Verenigingen dat SJK/SJKK het AVG-programma heeft doorlopen en dat SJK/SJKK zelf verklaart dat ze de inspanningen heeft verricht zoals die voortvloeien uit de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG).

Met het doorlopen van het AVG-programma van de Stichting AVG voor Verenigingen heeft SJK/SJKK kennis over de materie, die door de AVG wordt geraakt, ontvangen en heeft men zelf verklaard naar eer en geweten aan de wet te voldoen. De onderdelen van de zelfverklaring door SJK/SJKK zijn te vinden op de volgende pagina(‘s) van deze verklaring.

Aldus opgemaakt te Gorinchem,
d.d. 18-5-2018,
door Stichting AVG voor Verenigingen
gevestigd aan de Stephensonweg 14 te Gorinchem.